Hét ronde houthok

Toen we twee jaar geleden onze gezellige en bijzonder vormgegeven  houtkachel kochten, spraken we één ding af: we geven géén geld uit aan hout!!
Hout kun je in verschillende maten en soorten op veel plekken kopen, maar gratis opduikelen is veel leuker en sportiever.
Hout moet schoon zijn, zonder lijm - en verfresten (ik zou bijna zeggen, uiteraard!)  En wat dan overblijft is ècht hout, massief hout van bomen.
Het leuke is, als mensen weten dat je een kachel stookt, krijg je soms opeens hout aangeboden. De boom van de buurman, toen die werd omgezaagd, was voor ons. Maar ook de boom van de buurman van de buurman ;). Hout genoeg, gelukkig!

En als het dan in de tuin ligt, in stukken gekloven of gezaagd, gaat het in het houthok.

Nou ja.... het houthok?! Dat hadden we twee jaar geleden, bij de komst van onze kachel, niet. Daarvoor moest mijn verticale tuin wijken.

Maar vorige maand was ook dat houthok niet groot (lees: goed) genoeg.  Peter wilde een eyecatcher in de tuin.

Hij zag foto's van een helemaal rond houthok. Zó leuk! En ronde, organische vormen passen goed bij ons in de tuin.
Maar ja..... het houthok wat Peter zag, is ook heel prijzig: zo'n vijfhonderd euro kost het.

Mijn lief maakte 'm zelf van een oude trampoline, wat hem uiteindelijk nog geen vijftig euro kostte.

Ook zelf doen??

Een leuke DIY voor een robuuste eyecatcher in je tuin, die niet misstaat als je geen kachel hebt. Want in een vuurkorf of met een oud-en-nieuw-vreugdevuur kun je ook wel wat hout gebruiken.

Kijk en doe mee....

Hét ronde houthok

Wat heb je nodig:

• Buizenframe van 2 trampolines van 180 cm doorsnee  
• 30 bouten M6 van 70 mm 
• 30 ringetjes
• 30 moertjes
• gegalvaniseerd gaaspaneel, betongaas of betonmatten van ong. 2800 mm bij 400 mm, met een maasmaat van 100 bij 100 mm
• gegalvaniseerd staaldraad, ijzerdraad of tie reppies
• stuk van ong 2800 bij 450 mm dun betonplex, dun trespa, gegalvaniseerde golfplaat of HPL
• 10 dakschroeven, golfplaatschroeven of parkers

                  gereedschap

• ijzerzaag of slijptol
• boormachine met boortje 6,5 mm
• twee steeksleutels nr 10 
  

Hoe pak je het aan:

Ik weet niet of jullie standaard twee trampolines in de tuin hebben staan, maar de zoektocht op Marktplaats naar tweede hands trampolines was bij ons het begin. Zeker in het najaar en de winter kunnen trampolines voor een zacht prijsje van eigenaar wisselen. En voor dit houthok gebruik je van de trampoline alleen het ronde buizenframe en de poten. Ook al is de trampoline incompleet of kapot, voor dit project is hij nog steeds goed bruikbaar! De springmat, veren en rand heb je niet nodig. Zijn deze nog goed, dan kun je ze misschien los verkopen. De veren kun je  bij de oud-ijzer handelaar inleveren, die er momenteel een goede prijs voor geeft.

Je hebt twee soorten buizenframes bij trampolines. Bij de ene zit de bevestiging van de poten als een T-stuk ertussen, bij de andere zit de bevestiging van de poten eraan vast gelast.
Voor het maken van dit houthok maakt dit verschil niet veel uit.
Neem een binnenafstand van 300 mm en een buitenwerkse maat van 400 mm voor de breedte van het houthok. Dit is voldoende breed voor een gestapelde laag gekloofd haardhout.

Zaag van drie poten van het rechte stuk ongeveer 300 mm lengte af.

Gebruik hiervoor een slijptol of ijzerzaag.

De zes stukken die je dan verkrijgt, zijn om de twee ronde frames aan elkaar te verbinden.

Als je dit in elkaar wilt schuiven, zul je merken dat het ronde frame van zichzelf uit elkaar wil vallen.

Dit kun je voorkomen door in ieder frame zes bouten door het koppelstuk te boren.

Doe dit met een boortje van 6,5 mm zodat de bouten gelijk goed stevig zitten.

Bij een trampolineframe waar de poten eraan vastgelast zitten, zul je het koppelstuk, samen met het dwarsstuk, met een bout en moer moeten vastmaken.

Bij een trampolineframe waarbij T-koppelstukken zijn gebruikt, is dit vaak niet nodig omdat je de buizen er met kracht inslaat, 

waardoor ze vast geklemd zitten. 

Hier zie je de verbinding en hoe deze bevestigd is, wat duidelijker.

Niet alle stap-voor-stap foto's zijn aanwezig, omdat mijn Peet zo'n hoog tempo heeft, dat ik het met foto's nemen vaak niet kan bijhouden ;)

Bevestig de twee ronde vormen op deze manier aan elkaar tot één frame.

Als het goed is heb je nu nog drie poten over. Buig deze rechte stukken zo ver naar binnen toe, totdat ze tussen twee dwarsverbindingsstukken passen.

  zoals hier op deze foto te zien is. 

Als dit gelukt is, bij beide poten, leg je de poten in het frame. Teken af om de lengte te bepalen om te weten hoe hoog je de poten af moet zagen. Zie foto!

Het middelste stangetje is ertussen bevestigd (met een boutje) om het gewicht te kunnen verdelen.

Deze zal ongeveer 400 mm lang zijn.

Zaag de poten af en bevestig ze met bouten, moeren en ringen door en door.

Het frame met de poten eraan is klaar. Zet het geheel rechtop.

Knip het gaas op de juiste maat en bevestig dit aan het buizenframe met ijzerdraad, staaldraad of tie-wraps. Deze laatste gebruikte Peter, minder estetisch, maar wel snel en makkelijk. En als het hout erin gestapeld zit, zie je deze verbindingen toch niet.

En tot slot krijg je het dak.

Neem het stuk betonplex, trespa of wat je dan ook hebt gekozen en bevestig dit aan de bovenkant van het buizenframe. 

Maak het vast met dakschroeven.

Een dunne plaat is buigzaam en krijg je goed halfrond gebogen.

Tussen het frame en het gekozen plaatmateriaal zit er een M6 moertje gestopt zodat je wat ruimte er tussen krijgt. Je kunt ook ander vulmateriaal gebruiken. Je zit namelijk met ruimteverschil doordat je het frame met bouten, die er bovenuit steken, hebt vastgemaakt. Door vulmateriaal of een moertje te gebruiken, golft het plaatmateriaal niet, maar zit het strak.

Ook is dit beter voor de ventilatie, het waait wat makkelijker door waardoor het staal minder snel gaat roesten.

Dit was de laatste stap.....

Plaats deze eyecatcher op een mooie plek in de tuin en vul hem met hout.

In dit houthok past ongeveer 1,3 kuub haardhout.

 Stapel dit mooi op en geniet van een landelijke uitstraling in een organische vorm.

Wat vind jij hiervan? 

Ik ben blij met deze aanwinst voor de tuin.

En nog steeds blij met mijn heerlijk snorrende houtkachel.

Als je dit houthok ook maakt, laat dan wel weten dat je idee van mijn blog vandaan komt. 

En stuur ons even een fotootje.....

Pepermuntballen zelf maken

Wát is al dat eten tijdens de feestdagen overvloedig en aantrekkelijk. Eet jij ook wel eens nét iets  teveel? Natuurlijk mag je tijdens een feest wat meer genieten van lekker eten en zoetigheid dan anders, maar...……. teveel is nooit gezond en kan allerlei klachten geven.

Bij restaurants zie je bij de uitgang vaak een schaal met pepermuntjes staan en die lijken dan precies het enige te zijn waar je nog zin in hebt na een uitgebreid diner.
Zit het in de frisse smaak van menthol wat op tandpasta lijkt? Of is pepermunt misschien goed voor je maag?

Ik maakte zelf pepermuntballen en deed een klein onderzoekje waarom pepermunt niet alleen lekker maar ook gezond is.
Het leuke van zelf iets maken, is dat je precies weet wat er in zit.
Iets zelf maken kost vaak minder geld en is beter omdat je geen extra plastic verpakkingen koopt.
Deze pepermuntballen zijn snel en simpel te maken en bij mij kan dit leuke werkje van mijn to-do-list af.
Waarschuwing: niet geschikt voor jonge kinderen en zwangere vrouwen. ;)

Pepermuntballen 

              voor ong 20 stuks

Ingrediënten:

• 175 g poedersuiker
• 1/2 eiwit
• 3 - 4 druppels pepermuntolie van goede kwaliteit

Hoe maak ik het klaar:

Klop het eiwit los en licht schuimend met een vork. Je hebt de helft nodig, maar de andere helft kun je prima één tot twee weken bewaren in een afgesloten bakje in de koelkast.

Zeef de poedersuiker en voeg het eiwit toe. Goed roeren met een vork. Doe de druppels pepermuntolie erbij en kneed tot een soort deeg.

Ik heb dit een paar keer uitgeprobeerd.

Als het mengsel nog op zalf lijkt, is het te vochtig, voeg dan wat extra poedersuiker toe.

Het kan ook zijn dat je met een kleiner ei het niet goed tot een deeg krijgt. Voeg dan enkele druppels water toe. 

Met dit witte deeg, wat wel wat op marsepein of fondant lijkt, kun je allerlei figuren maken.

Ik ging voor de standaard pepermuntballen en voor pepermuntkussentjes. Voor die laatste maakte ik lange rollen die ik daarna doorknipte.

Maar als je creatief bent, kun je ook sneeuwpopjes maken, zelfs Olaf moet te doen zijn. (mijn dochter zit net 'Frozen' te kijken, dus vandaar dit idee.....)

Zet de pepermuntfiguren een nachtje in de koelkast om op te laten stijven.

Omdat er rauw eiwit in zit, moet je voorzichtig zijn met jonge kinderen en zwangere vrouwen.

Deze pepermuntjes zijn op een koele, droge plaats wel een half jaar houdbaar. Wedden dat ze zó lang niet blijven liggen?

Nog even een antwoord op de vraag waarom pepermunt  er altijd nog in gaat na de maaltijd. Iets waar je soms naar lijkt te 'snakken' na het eten.

Etherische of essentiële olie

Ik gebruikte pepermuntolie en dat is een etherische of essentiële olie.

Via een vriendin heb ik inmiddels verschillende goede essentiële oliën in huis. Het zijn vluchtige, aromtische verbindingen die worden gevonden in plantendelen zoals bloemen, zaden, wortels, schors etc. Sommige planten produceren etherische oliën in een hoeveelheid waardoor ze 'geoogst' kunnen worden. Meestal worden ze door stoomdestillatie gewonnen. De etherische olie vervliegt met de stoom die door de plant wordt geleid. Nadat de stoom is afgekoeld tot water, kan de etherische olie hiervan worden gescheiden.
Bij citrusvruchten wordt vaak de methode van koude persing gebruikt. De oliehoudende schil van de plant wordt uitgeperst en de olie komt tevoorschijn.

Geniet je ook wel eens van de geur van lavendel, verse munt of versgeperst sap van een mandarijn of sinaasappel? Dan ervaar je eigenlijk de aroma's van de essentiële oliën.
Van nature zijn deze oliën anti-bacterieel en hebben ze krachtige, reinigende eigenschappen.
Essentiële oliën worden gemakkelijk door de huid opgenomen en kunnen ook als voeding worden gebruikt om de vitaliteit en gezondheid te helpen bevorderen.
Veel etherische oliën zijn in veel verschillende culturen en door alle tijden heen al veelvuldig toegepast vanwege hun medicinale en therapeutische werking. 

Pepermuntolie

De pepermuntolie, die zo'n heerlijk frisse geur en smaak heeft, wordt bereid uit een extract van gedroogde bladeren van de pepermuntplant (Mentha Piperita en Mentha Avensis). Het belangrijkste bestanddeel van deze plant is levo-menthol.

Pepermuntolie bevat 35 tot 60% menthol.

Menthol is een verkoelend product en wordt daarom niet alleen in desserts, thee en snoepjes gebruikt, maar ook in tabak, shampoo, zeep, huidcrème, tandpasta, scheerschuim etc. etc.

Maar medisch gezien is pepermunt ook erg nuttig.

Het werkt goed tegen menstruatiekramp, neusverkoudheid, griep, spanningshoofdpijn, een opgeblazen gevoel en winderigheid.

Hé.....  dit lijkt een antwoord op de vraag waarom pepermuntjes in elk restaurant te vinden zijn.
Als gasten toch iets te veel hebben gegeten, is een pepermuntje eigenlijk een soort pilletje tegen een opgeblazen gevoel, buikpijn en krampen.....
Vandaar!

Voor de zekerheid heb ik deze periode pepermunt in huis. Leuk zelfgemaakt!
Met een man en een zoon met regelmatige buikklachten, kan het geen kwaad om deze pepermuntjes het hele jaar door te maken.
Om niet teveel suiker binnen te krijgen door steeds maar pepermunt te eten kun je de geur van etherische olie ook met een diffuser in je huis verspreiden.

Enneh…. ook al lijkt alles lekker, eet deze dagen niet teveel.

Want pepermunt is wel gezond, maar het is geen tovermiddel.

Doe jij wel eens wat met etherische oliën?

Wat zijn jouw ervaringen?

Kerstboom van bladerdeeg met hartige vulling

Vorig jaar liet m'n dochter deze onweerstaanbaar leuke kerstboom aan me zien. En dit jaar komt 'ie ook bij ons op tafel. Een echte trendsetter ben ik daarmee niet, maar dat deert niet. Een hartige, heerlijk-uitziende kerstboom die zowel bij de brunch maar ook heerlijk bij de borrel is. Of plaats 'm op een buffet.....

En het leuke is: deze kerstboom is echt in een handomdraai (what's in a name) gemaakt. ;)

Kerstboom van bladerdeeg, hartig

Ingrediënten:

• 2 vellen vers bladerdeeg van tante Fanny (of 12 plakjes diepvriesbladerdeeg)
• 3 eetlepels pesto (zelfgemaakt is ook super!)
• 50 g geraspte kaas, bijvoorbeeld harde, Hollandse geitenkaas)
• 4 - 5 gedroogde tomaatjes op olie
• 1/2 ei

Hoe maak ik het klaar:

Leg één vel bladerdeeg op een snij- of bakplaat. Bestrijk deze met de pesto.

Snijd met een scherp mesje de vorm uit van een kerstboom.

Bepaal aan de onderkant het midden en neem dan aan beide zijden één centimeter. Je krijgt zo een stam van 2 cm dik. Maak hem ongeveer 4 cm hoog. Snijd dan naar de zijkanten weg en verwijder de rechthoeken die aan beide zijden overblijven.

Bepaal het midden aan de bovenkant en trek een rechte lijn van dit punt naar de beide hoeken die je aan de onderkant hebt gekregen. Het is geen hogere wiskunde al kan mijn zoon er misschien wel een lineaire formule bij verzinnen. ;)

Je krijgt dus deze vorm.

Verdeel er nu de kaas over en de tweede plak bladerdeeg. Snijd ook deze bij tot kerstboomvorm.

Gebruik je diepvriesbladerdeeg rol dan zes plakjes uit tot een rechthoekige lap en werk verder op dezelfde manier.

Snijd nu met regelmaat de kerstboom met horizontale sneden in tot ongeveer 1 cm van het midden (van de stam dus).

Vervolgens draai je elke reep in zijn geheel twee keer rond. Doe het elke keer dezelfde richting op.

Deze draaiing wordt nog mooier als je de kerstboom bakt.

Verwarm de oven voor op 200 graden.

Van de overgebleven stukjes bladerdeeg kun je sterren uitsnijden, met of zonder pesto en kaas.

Ik maakte er ook gedraaide soepstengels en andere figuren van. Leef je uit!

Snijd de zongedroogde tomaatjes in kleine stukjes en verdeel ze op en over de 'takken' van de kerstboom als een soort ballen.

Klop het halve ei los en bestrijk het deeg hiermee voor een mooie, goudglanzende laag.

Schuif de kerstboom in een voorverwarmde oven en bak 'm in 15 minuten goudbruin.

De stukjes gedroogde tomaatjes werden bij mij een beetje te donker in de oven.

Het is beter om ze er achteraf over te verdelen.

En klaar is deze kerstboom!!

Serveer meteen. Hoe verser hoe lekkerder!

Wil je 'm toch van tevoren bereiden, bereid de boom dan voor tot hij in de oven moet en bewaar 'm koel.

Variaties:

Gebruik eens dunne plakjes mozarella kaas.

Varieer met de pesto en maak 'm eens zelf, bijvoorbeeld van boerenkool

Hartig kan ook zoet: denk dan aan chocoladepasta en rode cranberry's en varieer er lekker op los.

En hoewel deze boom super leuk is.... het draait niet om de boom, maar om het Kindje Jezus, wat uit de hoge Hemel kwam voor jou en voor mij.

Ik wens iedereen een goede, vredige Kerst!

Engelse mince pies

Beloofd is beloofd!

Eind november deelde ik het recept voor de vulling, de mince meat, die je ruim van tevoren moet klaarmaken. En hier zijn dan de Engelse Mince Pies zelf. 

Traditioneel worden ze in Engeland geserveerd met Kerst. Deze kruidige mini-gebakjes zien er niet alleen schilderachtig - en echt passend bij een witte Kerst - uit, ik vind ze ook heerlijk smaken!!

Engelse Mince Pies

              voldoende voor 18 tot 20 pies 

Ingrediënten:

• 225 g koude boter
• 175 g bloem
• 175 g volkoren meel
• 1 tl bakpoeder
• 100 g rietsuiker
• snufje zeezout
• 3 à 4 el ijskoud water
• 250 g mincemeat
• 1/2 ei 
• poedersuiker

Hoe maak ik het klaar:

Voor dit recept heb je een muffinbakvorm nodig. Ik gebruik een siliconenbakvorm, waaruit de pies makkelijk omhoog te wippen zijn.

En je hebt mince meat nodig. Klik hier om te lezen hoe je dit - liefst vier weken van tevoren - klaarmaakt, zodat de smaken goed intrekken.

Verwarm de oven voor op 200 graden.

Meng in een kom de boter, de bloem, het meel, het bakpoeder, de suiker en het zout.  Wrijf dit tussen je vingers tot het 

op kruimels begint te lijken.

Voeg wat water toe, tot het deeg net z'n samenhangende structuur krijgt.

Het deeg moet wat kruimelig blijven, zoals bij muffins. Kneed het daarom zo kort mogelijk.

Vorm er een bal van en verwerk het gelijk, of laat het in de koelkast rusten.

Vet een muffinvorm in met een beetje zonnebloemolie of zachte boter.

 

Verdeel het deeg in drie delen en bewaar een derde deel voor de dekseltjes. Neem een stukje deeg ter grootte van een flinke walnoot.  Rol het tussen je  handen tot een mooi balletje. Druk het balletje in een holletje van de vorm tot er een deegbakje ontstaat. Het bakje moet niet het hele hlletje vullen: tot de helft van de hoogte is goed. Ga door tot alle holletjes vol zijn.  

 

Vul elk deegbakje met een flinke theelepel mincemeat. Druk de vulling netjes aan.

Rol nu kleine balletjes van het overgebleven deeg, druk ze plat en leg ze op de vulling.

Het hoeft niet netjes te passen, het is juist leuk om nog wat van de vulling te zien.

Bestrijk de mince pies eventueel met het losgeklopte ei.

Schuif de taartjes de voorverwarmde oven in en bak ze in twintig minuten goudbruin.

 

Laat de taartjes even afkoelen in de vorm en wip ze er dan uit om verder af te koelen.

De Mince Pies worden traditioneel lauwwarm geserveerd.

Warm ze voor het serveren nog even kort op in de oven of magnetron.

Strooi er op het laatst wat poedersuiker over ter garnering.

Hoewel deze pies traditioneel bij Kerst worden gegeten, mag het natuurlijk best eerder en als je voldoende mince meat hebt, kun je er ook later nog van genieten. Wat let je.....

Geniet ervan!

Ik wens je fijne voorbereidingen toe.

Fruitleer van peer

Wat ben ik een bofferd!! Toen ik laatst bij fruitteler Biem kwam, de fruitteler die ooit bevriend was met m'n broer (èn elke keer vergeet ik te vragen met welke broer eigenlijk), wilde ik mijn voorraad appels en peren aanvullen. Ik betaalde maar één kistje appels en kreeg zomaar twee kisten heerlijke peren mee. Gratis, omdat ze te snel rijpen. En het zijn die heerlijk sappige Doyenne du Comice. In de supermarkt kosten ze in de aanbieding een euro de kilo. En nu kreeg ik ze bij een kistje appels cadeau.....

Handig hoor, je fruit kopen bij een teler die je kent. 

• híj krijgt een eerlijke prijs
• er zijn geen extra transportkosten
• er zijn geen plastic verpakkingen nodig 
• je krijgt fruit veel voordeliger.... 

                           

                        een win-win situatie!! 

Tip: zoek een fruitteler of landbouwer bij jou in de buurt en wordt vrienden met hem of haar :)

Maar wat doe ik vervolgens met die kilo's rijpe peren?

We aten ze natuurlijk op. Ik bakte twee taarten en toen was er nog heel veel peer over.

En ik bedacht om er fruitleer van te maken.

Wat fruitleer is?

Een soort snoepgoed van gedroogd fruit. Het is niet veel werk om klaar te maken, het moet wel urenlang drogen. Het wordt super lekker.

Zoet, zonder toegevoegde suikers en een beetje chewy. 

Hoewel ik een droogoventje heb, kan iedereen met een oven het ook klaarmaken.

Wil je echter vaker fruit, kruiden, bouillonpoeder of bijvoorbeeld paddenstoelen drogen, dan is het een aanrader om een droogkastje te kopen. Ik weet van mensen die het ook gebruiken om er hondenvoer (kluifjes geloof ik) in te drogen, yoghurt in te maken of toastjes van oud brood. En natuurlijk kan er nog veel meer....

Ik ben reuze blij met mijn droogkastje. 

Hier zie je 'm in gebruik met het fruitleer van de peren. Onderin zit een motortje wat verwarmde lucht omhoog blaast en laat circuleren, zodat de inhoud langzaam, op lage temperatuur droogt.

Hoe maakte ik fruitleer?

Fruitleer van peer

Ingrediënten:

          variatie 1

• 4 peren
• 4 appels

       variatie  2

• 2 peren
• 2 bananen
• 2 sinaasappels

Hoe maak ik het klaar:

Voor variatie één: schil de appels en peren en snijd ze in kleine blokjes. Doe de appel- en perenblokjes bij elkaar in een mengkom en mix met een staafmixer tot een gladde, dunne fruitsaus.

Zorg dat er geen klontjes meer in zitten. Je kunt ook een blender of keukenmachine gebruiken.

Verdeel deze fruitsaus over speciale vellen voor de droogoven.

Je kunt ook bakpapier gebruiken, al is dat wat minder sterk.

Zorg dat het gelijkmatig verdeeld is en maak het ook niet te dun.

Zet de droogoven aan op 60 graden.

En dan.... wachten maar.

Voor variatie twee maak je het fruit ook schoon: snijd de peren in blokjes, de banaan in plakjes en de sinaasappels kun je het beste uitpersen. Als je de sinaasappels in stukjes gebruikt, moet je namelijk alle witte velletjes verwijderen, anders krijg je een bittere smaak. 

Ik kreeg een déjà vu toen ik het fruit mixte.... het lijkt erg op de babyhapjes die ik vroeger maakte.

Verdeel ook deze fruitsaus over de vellen en platen van de droogoven.

Doordat je op lage temperatuur droogt blijven mineralen, B-vitamines en vezels bewaard. 

Na acht tot tien uur - voel en kijk regelmatig even - is de fruitsaus ingedroogd tot een donkergekleurde, beetje leerachtige (vandaar fruitleer!) plak. Het mag nog wat chewy en sticky aanvoelen.

Haal het van het folie of bakpapier af, knip eventueel de randen bij en rol op.

Bewaar het fruitleer, dat eerlijke, gezonde, pure snoepgoed, op een droge, donkere, afgesloten plek.

Ik maakte eerder al fruitleer van een overvloedige aardbeienoogst in de zomer.

Hoe ik dat deed beschrijf ik hier.

En toen ik eens kilo's lychees kreeg, maakte ik er ook fruitleer van. Zie hier.

Hoewel er geen suikers zijn toegevoegd, proeft het fruitleer heel zoet. Het vocht in de vruchten is verdwenen en de suikers zijn in geconcentreerde vorm overgebleven.

Tijdens deze drukke en niet altijd gezonde feestdagen, is dit pure, gezonde snoepgoed geen verkeerd idee.

En anders maak je het alvast met goede voornemens in je achterhoofd voor het nieuwe jaar!

Want ingedroogd is fruitleer maandenlang houdbaar. 

Laat je het me eens zien en horen als je ook fruitleer hebt gemaakt?!

Wat is jouw favoriete fruitleerrecept?

Bloc de Choc

Op een koude, winterse dag is er niets fijner dan op te warmen van binnenuit. Met een lekker warm drankje!

Al slenterend buiten op de winterfair, op een zitje bij de kerstmarkt of cosy binnen.

Laat het wel snel klaar zijn, als je al verkleumd bent.

En dát kan met deze bloc de chocs, of chocosticks.

Simpel te maken terwijl het er leuk en chique uitziet. En deze bloc de choc is makkelijk om te toveren tot een beker vol warme chocolademelk.

Want een bloc de choc is niets anders dan een blokje chocolade aan een stokje. Je lost de chocolade op in een glas of mok hete sojamelk of amandelmelk.....

Even roeren én..... een dampend warme beker staat voor je!

Geniet er zelf van, of  geef het cadeau.

Bloc de Chocs

Wat heb ik nodig:

• 300 g pure chocolade of melkchocolade
• twee pannen, net verschillend van grootte
• ijslolliestokjes 
• ijsblokjesvorm
• evt. kleine glaasjes

Hoe maak ik het klaar:

Hoeveel chocolade je gebruikt, maakt niet zoveel uit. Ik gebruikte een restant chocoladeletters en puur en melk tegelijk. Begin met de grootste pan half vol water te doen. Breng het water aan de kook. Zet hierin de kleinere pan en breek de chocolade in stukjes in deze pan. Zo smelt de chocolade au-bain-marie. Roer af en toe tot je een diepbruine chocoladesaus hebt gekregen.

Zet de ijsblokjesvorm of kleine glaasjes klaar. Ik kocht speciaal ijsblokvormen bij de tweedehandswinkel. Vul de vormpjes met de chocolade. Van het vuur af wil de chocola weer gaan opstijven.

Zet in elk blokje, een ijslolliestokje  (gezellig, dat rijmt nog;)). IJslolliestokjes haal je bij een hobby- of kookwinkel, of bij de Action. Om het proces van hard-worden te versnellen, zet je de blokjes in de koelkast.

Na ongeveer een uur in de koeling of twee daarbuiten, zijn ze voldoende opgestijfd. 

Haal ze uit de vorm door wat heet water  langs de onder- en zijkanten te laten lopen. 

Bewaar ze op vetvrij papier, of 

verpak ze mooi in cellofaan om cadeau te doen.

Of maak er gelijk, voor een fijn me-time-momentje een dampende mok chocolademelk mee...….

Naast gewone chocoladeblocs kun je ook variëren in smaak.

Geraspte sinaasappelschil, of wat zeezout of fijngehakte hazelnoot kun je makkelijk door de chocolade mengen en vervolgens de vormpjes vullen.

Doe er niet teveel in, het moet wel te drinken blijven.

Maar wees creatief en volg je eigen smaak!

Ik maakte mijn eerste bloc de chocs voor de kinderen. Ze kregen het vanavond in hun adventdoosje;  stay tune voor meer over deze nieuwe Adventskalender bij ons.

Het viel in de smaak, vooral de meisjes hier in huis zijn echte chocolovers. 

Toch iets met vrouwelijke hormonen en chocola, vermoed ik ;).

Geef jij het ook cadeau? 't Is een lief en warm gebaar voor iemand die je wilt verrassen in deze donkere, koude dagen.

Ik zie het ook al voor me als een bijzondere traktatie voor de juf op school.....

Ssssst,  niet verklappen!

Bami zonder zakjes en pakjes

Bami kun je, net als nasi prima klaarmaken zónder zakjes en pakjes: met verse groentes!

Gebruik jij ze nog voor het gemak: kant en klare pakjes en zakjes? Zonder je een schuldgevoel te willen aanpraten, wil ik je met dit recept juist laten zien, dat je zo'n pakje niet nodig hebt. 

De winkel wil je natuurlijk het tegendeel laten geloven, kijk naar een klein deel van hun assortiment......

Een zakje lijkt sneller, maar dat valt in de praktijk wel mee. Bovendien zit er best wat zout en smaakversterkers in zo'n zakje. Maak je het zelf klaar, dan is het vers èn je weet precies wat erin zit.

Dit recept bevat veel verse groente, waarvan ik de bloemkool nog uit de moestuin haalde. Ik wist namelijk niet meer of ik winterbloemkool of zomerbloemkool had gezet. Voordat 'ie toch niet tegen vorst kan, stop ik 'm maar in deze bami. Ik had precies genoeg! Ook de selderij en het bevroren rode pepertje komen uit de tuin.

Dit recept is niet alleen vegetarisch, maar ook vegan: zonder enige dierlijke toevoeging.  Een gezonde leefstijl en het verkleint je ecologische voetafdruk enorm als je zó eet.

Sommigen van ons aten bij de bami een omelet. Dat is naar keuze.

Bami zonder zakjes of pakjes

                         voldoende voor 4 - 6 personen

Ingrediënten:

• 400 g mie
• 250 g tofu
• 4 el olie
• 2 teentjes knoflook
• 200 g sperziebonen (diepvries kan even goed)
• 100 g wortel
• 1 rode peper
• 100 g bloemkool
• 100 g witte kool
• 100 g prei (1 dunne prei)
• 200 g taugé
• bosje vers selderijblad
  voor de tofu-marinade
• 1 teentje knoflook
• 1 tl miso of sterke bouillonpasta
• 1 dl heet water
• klein stukje verse gemberwortel
• 1 el zoute ketjap of tamari
• 1 el tomatenketchup bio

           voor op tafel

• gebakken uitjes
• seroendeng (kun je ook zelf maken....)
• ketjap
• sambal (pittig of mild, zelfgemaakt of....)
• pindasaus (makkelijk zelf te maken!)
• cassavechips
• augurkjes
• ingemaakte groene tomaatjes
• voor een niet vegan variant: spiegelei of omelet

Hoe maak ik het klaar:

De tofu moet minimaal een uur marineren, maar dit mag gerust ook een avond van tevoren. Als je daarvoor kiest, kan de bami binnen een half uur op tafel staan. Zelfs inclusief het maken van de pindasaus. Begin dus met de tofu. Om de tofu een steviger structuur te geven, kun je hem in plakken snijden en invriezen. Na een nachtje is de structuur veel steviger en vaster. Snijd de tofu in kleine blokjes. Je kunt nu kiezen om de tofu eerst in hete olie te bakken en dan pas te marineren of eerst te marineren. Ik kies meestal voor het laatste. Pers de knoflook uit en maak met alle ingrediënten een marinade. Doe hier de tofu in en zorg dat de blokjes onderstaan.

Vul een grote pan met ruim water, breng aan de kook en kook hierin de mie gaar volgens de aanwijzing op de verpakking. Laat de mie uitlekken in een vergiet.

Maak ondertussen de groente schoon. Snipper de knoflook, snijd de wortel in kleine reepjes, de rode peper in kleine stukjes, de kool in reepjes, de prei in ringetjes en de bloemkool in kleine roosjes.

Verhit de olie in een wok en bak eerst de gemarineerde tofu op hoog vuur. Voeg dan de knoflook, peper, wortel, bonen, bloemkool en kool toe. Roerbak ongeveer 10 minuten.

Voeg de uitgelekte mie, de prei en de taugé toe.

Voeg naar smaak wat zeezout toe en zet de ketjap en sambal op tafel.

Bak nog ongeveer 5 minuten.

In de tussentijd kun je de pindasaus maken. Niet uit een zakje of kant en klaar bakje. 

Gewoon wat pindakaas, teentje knoflook, theelepeltje rietsuiker, mespunt sambal en wat water. 

Goed roeren tot een saus.

Wil je het complete recept?
Staat bij het -eveneens vegan - recept van nasi zonder pakjes en zakjes!

En dan..... aan tafel!

De kinderen vinden deze maaltijd super.

En met eetstokjes kunnen ze al aardig overweg.

Ze moeten wel, want bestek krijgen ze er gewoon niet bij.

Goed voor hun CQ-gehalte...….

Eet smakelijk!

Hoeveel zakjes en pakjes gebruik jij nog?

……..