zondag 28 februari 2021

Fluffy kuikentjestaart

 Deze geweldige fluffy kuikentjestaart in vrolijke kleuren maakte ik voor jongste dochter. 
Vandaag is ze alweer 9 jaartjes jong! 
En wat een dierenvriend en natuurliefhebber is ze.
Eén van haar cadeaus is het lidmaatschap van Oerrr, de kinderclub van Natuurmonumenten.
Dat past echt bij haar en stimuleert kinderen nog meer om buiten te spelen en ontdekken.
Natuurlijk zijn onze kippen haar lievelingsdieren!
En dan te bedenken dat ze vorig jaar nog kuikentjes waren.... 
Dus al maanden roept Jis dat ze zeker weten een kuikentjestaart voor haar verjaardag wil.
Natuurlijk, dan maak ik die! Wanneer je jarig bent, mag je de taart kiezen die je wilt.
Een kuikentje is hét symbool van de lente, heb je nu geen jarige in huis, 
maak deze taart gewoon om het voorjaar te vieren!
Of maak hem voor Pasen en decoreer samen met kinderen.



Fluffy kuikentjestaart

            voor ongeveer 18 tot 20 stukken

Ingrediënten:

          Biscuittaart 2 x
  • 10 eieren  
  • 300 g witte basterdsuiker 
  • 180 g bio (tarwe)bloem   
  • 60 g maïzena
  • 3 g zout
  • springvorm van 18 cm
  • springvorm van 28 cm
        voor de botercrème-vulling
  • 125 g roomboter
  • 250 g poedersuiker el water
              extra vulling
  • 3-4 el gele jam of marmelade
               decoratie 

  • 400 g marsepein of fondant: geel, wit, groen, rood
  • zwarte kraaltjes of stift



Hoe maak ik het klaar:
Begin een dag van tevoren met het bakken van de twee biscuits.
Kenmerkend voor een luchtige biscuit is dat er geen boter in zit en dat alle ingrediënten op kamertemperatuur of handwarm zijn. Lang, heel lang mixen van de eieren is noodzakelijk en tot slot moet de bloem goed gezeefd worden. Tijdens de oventijd mag de oven niet geopend worden en op het laatst moet het baksel in een geopende oven afkoelen. Volg je deze duidelijke aanwijzingen op, dan komt het helemaal goed!
Verwarm de oven voor op 180°C. Vet de beide springvormen in met boter en bestuif met wat extra bloem.
Bij mij passen alle twee de taarten tegelijk in de oven, dus ik maakte één grote kom vol beslag.
Begin met de eieren te scheiden. Klop de eiwitten in een vetvrije kom stijf.
Doe de dooiers met de suiker in een andere kom en klop deze 10 minuten.
Voeg dan de beide eiermengsels bij elkaar en schep deze voorzichtig door.
Weeg de bloem en maïzena af en zeef deze drie keer. De laatste keer in de beslagkom met de eieren.
Niet meer mixen! Schep de bloem luchtig door de eiermassa tot er geen bloem meer te zien is.
Voeg het zout toe.
Verdeel het beslag over de beide springvormen en zorg dat ze beiden ongeveer een even hoge laag hebben. Zet de ingevette vormen als het past allebei in de warme oven. Bak de taarten in 45 minuten lichtbruin. 
De taart is gaar wanneer ze veerkrachtig aanvoelt.
Laat de taarten 5 minuutjes in de oven afkoelen. Verwijder de springvormen en laat rusten.

Maak de botercrème en mix hiervoor de boter met de poedersuiker tot een gladde massa. Voeg wat water toe om het extra smooth te krijgen.
Snijd de taart horizontaal doormidden met een taartzaag of scherp broodmes. Besmeer de onderste helft royaal met de botercrème. 
Besmeer de andere helft met de gele jam. Het lijkt net op boterhammen smeren, alleen wat groter.
Je kunt abrikozenjam nemen, maar voor een friszuur accent kun je deze ook mengen met marmelade. 
Ik gebruikte mijn zelfgemaakte courgette-citrusjam  (klik). Echt een aanrader voor in zoete taarten.

Leg de kleine ronde taart gedeeltelijk op de grotere taart en snijd met een scherp mes een stuk uit de grotere taart, zodat de kleine er tussen past.
Leg tegen elkaar aan en bij hoogteverschil tussen de twee taarten leg je er een strookje cake tussen.
Meestal snijd je taarten die je moet decoreren recht, wat handiger is, maar omdat het kuikentje een fluffy bolletje is, laat ik de taart zoals die is. 
 Smeer de botercrème aan de zijkanten en bovenkant lekker dik. 

Bij de supermarkt kon ik alleen maar witte rolfondant vinden. Met voedselkleurstof kleurde ik de rolfondant: 300 gram geel, 50 gram groen en 100 gram wit.
Het kuikentje komt half uit het ei....
Dat het kuikentje ook een regenworm (zo'n rode snoepsliert)  in zijn snavel moet hebben, 
is een eis van de jarige, dus dat doen we ook.

Wanneer je zelf kleuren mengt, kun je een gemarmerd effect houden.
Leuk als je taart een natuurlijk onderwerp - zoals dit kuikentje - heeft. Het hoeft niet super strak.
Wanneer de gele rolfondant op kleur is, rol je deze uit tot een hele dunne lap.
Ik doe dit op bakpapier, zodat je dit goed kunt omdraaien en met bakpapier en al 
over je taart draperen als je klaar bent.
Bedek de kleinste taart helemaal en de onderste taart voor ongeveer de helft met de gele rolfondant.
Snijd de taart netjes bij aan de onderkant.
Heb je een gele punt over, dan maak je hiervan een vleugeltje.
Rol nu de witte rolfondant of marsepein zo dun mogelijk uit. Snijd aan één kant grote punten en leg 
 de witte rolfondant over de gele heen zodat het hele onderste deel van de taart bedekt is.
Neem nu de gele punt voor het vleugeltje. Leg ongeveer in het midden van de taart zoals op de foto.
Je krijgt dan het kuikentje in zijaanzicht. Je kunt ook kiezen om het kuikentje naar voren te laten kijken.
Neem dan twee stukjes geel voor de vleugeltjes aan de zijkant.
Maak met een vork kleine streepjes in het vleugeltje en daarna over het hele kuikentje.
Let op de richting van de streepjes.
Dit is echt heerlijk creatief bezig zijn!
Ik kleurde een strook rolfondant groen en maakte kleine inkepinkjes voor het gras.
Bevestig dit aan de onderkant van het witte ei-gedeelte op de taart.
Snijd van rode rolfondant een breed plakje af, snijd in een vliegervorm en 
bevestig dit aan de taart voor de snavel. Een bungelend stukje snoepsliert eraan is de worm.
Maak met geel nog wat plukjes voor op het kopje van het kuikentje.
Een paasei in het kopje gedrukt is een prima oog!
Laat de taart opstijven in de koelkast en haal deze vlak voor het aansnijden er uit.
Er kunnen lekker veel punten uit deze taart!
Er mochten vandaag 9 kaarsjes op de taart.
De jarige Jis is dik tevreden!
En de taart viel gelukkig in de smaak.

Houd je van een romiger smaak, dan kun je een extra laag slagroom toevoegen 
bij de botercrème en jam.
Wanneer je de taart met Pasen decoreert, kun je heel veel paaseitjes in het gras verstoppen.....

Laat je me weten als jij deze taart ook hebt gemaakt?
Vind ik leuk!
En geniet van het voorjaar!

vrijdag 26 februari 2021

Boenwas zelf maken

Ken je die geur? Een beetje van vroeger toen veel meubels van donker, massief hout waren 
en zo'n twee keer per jaar in de boenwas moesten worden gezet?
Heb je nog antieke meubels of een houten vloer, dan herken je het vast ook.
Ik heb het over boenwas of meubelwas wat je gebruikt om een antiek meubel te verzorgen 
en een mooie glans te geven. 
Boenwas zelf maken, stond al een tijd op mijn to-do-lijstje.
Niet omdat ik nu zoveel hout heb dat geboend moet worden, oh  nee! 
En ook mijn 'houten' vloer in huis heeft een andere behandeling nodig. 
Dit potje is voor mijn moeder: beloofd is beloofd. 
Mag zij met mijn boenwas gemaakt van bijenwas, haar grote houten kast met houtsnijwerk gaan boenen. 
Dát wordt nog een hele klus.
Daar is het zelf maken van deze boenwas maar een fluitje van een cent bij.  
Met maar drie ingrediënten is deze boenwas zó gemaakt. 
Misschien is het bemachtigen van de juiste ingrediënten nog het meest lastig.
Pure bijenwas zit erin... dát heb ik in overvloed, ik oogst het als bij-product (what's in a name) wanneer ik mijn bijen controleer. Sommige imkers gooien een stukje verkeerd gebouwde raat weg, 
maar ik bewaar alles zorgvuldig.
Bijenwas heeft zulke geweldige eigenschappen, dáár moeten we zuinig op zijn!

Naast bijenwas moet er terpentijn in de boenwas en dát zorgt voor die karakteristieke harsachtige geur. Het was nog wel even zoeken om die te vinden, want vergis je niet: terpentijn is niet hetzelfde als
terpentine!
Terpentijn is een oleohars, wat inhoudt dat hars - veelal uit coniferen (den, spar of lariks worden vaak gebruikt) - opgelost is in etherische oliën. Het woord terpentijn is terug te leiden naar het woord 'terebintboom', die al in de Bijbel voorkomt. Terpentijn kun je krijgen bij de betere hobby- of schilderszaak, kunstschilders gebruiken het als oplosmiddel en om hun olieverf te verdunnen . Dit flesje terpentijn heb ik via mijn zus bemachtigd en is vrij kostbaar. Terpentine - gemaakt van aardolie en eigenlijk het chemische equivalent - is een stuk goedkoper en ruikt meer naar benzine.
De oorsprong van terpentijn is plantaardig en ze bevat ook een paar eigenschappen die gunstig voor de gezondheid zijn. Zo wordt terpentijn ook gebruikt in de verkoudheidsbalsem  van Vicks en zelfs Luuf.
Maar langdurige blootstelling aan terpentijnlucht zonder ventilatie kan klachten geven zoals astma. Bij inname is de dodelijke dosis snel bereikt, vandaar dat op het flesje allerlei waarschuwingen staan.
Wees dus voorzichtig in het gebruik. In de boenwas is de terpentijn vermengd, maar gebruik je het veel of lang achter elkaar, zorg dan voor voldoende ventilatie en frisse lucht.

Lees door voor een tweede recept voor boenwas, wat geschikt is
voor je houten keukengerei en niet schadelijk, wat zeg ik: zelfs eetbaar is.


Boenwas

Benodigdheden:
  • 30 g bijenwas
  • 30 lijnzaadolie
  • 30 g terpentijn

Hoe maak ik het:
Weeg alles nauwkeurig af.
Verwarm de olie en de terpentijn samen in een schaaltje of pannetje au-bain-marie.
Ik gebruik vaak de stoompan.
Rasp de bijenwas en voeg het toe. Roer af en toe tot de bijenwas  vloeibaar geworden is en de vloeistoffen zich met elkaar vermengd hebben.
Schenk het in een potje of blikje en laat afkoelen.
En klaar is je boenwas.
Jammer dat ik je de geur niet kan meesturen.

Zet je je meubel of houten vloer in deze boenwas, zorg ervoor dat je het meubelstuk eerst stofvrij maakt.  Zit er nog een oude boenwaslaag op, controleer dan of deze nog goed is door er met een zachte doek overheen te wrijven. Gaat het hout glanzen, dan is het nog goed. Zo niet, dan moet je deze laag eerst verwijderen voordat je een nieuwe laag kunt aanbrengen. Dit kun je doen door het af te nemen met afgekoelde thee en daarna goed droog te maken. 
Breng de boenwas voorzichtig aan met een droge, zachte en niet pluizende doek. Werk van boven naar beneden en in vlakken. Wrijf de boenwas gelijkmatig in en laat de was daarna minstens een half uur drogen. Wrijf daarna met een droge doek uit tot je meubel of de vloer gaat glanzen.
Ik schreef het al, ik heb geen antieke meubels in huis staan, maarrr... wat ik wel in huis heb zijn houten keuken attributen en spullen van bamboe en die mogen ook best wel eens 'verwend' worden. Bij mij in de keuken hebben ze namelijk een hard, werkzaam leven.
Omdat terpentijn irritaties en gezondheidsrisico's kan geven, wil ik liever niet mijn houten snijplank en houten pollepels met deze boenwas behandelen. Veiligheid boven alles.
Dus maak ik daarvoor een andere speciale boenwas.
Met walnotenolie! Ik noem het 'eetbare boenwas'. De karakteristieke geur ontbreekt maar daar gaat het niet alleen om. Het gaat om het onderhoud.....


Eetbare boenwas

Benodigdheden:   
  • 25 g bijenwas
  • 75 g walnotenolie

Hoe maak ik het:
Rasp de bijenwas fijn. Verwarm de walnotenolie au-bain-marie en voeg hier de bijenwas aan toe en laat smelten. Bijenwas smelt bij een temperatuur van ongeveer 63 graden, ik houd meestal 70 graden aan, want het ligt aan de zuiverheid van de was wat de exacte temperatuur is. Is de bijenwas opgelost, dan is ook deze boenwas klaar.
Schenk over een potje of blik en laat afkoelen en hard worden.
Echt hard is het niet. Zodra je met je vingers of met een doek deze boenwas gaat uitwrijven, merk je dat het goed smeerbaar is.
Ik begon met mijn pollepels en houten spatel die ik gewoon met mijn vingers inwreef.
Toen mijn snijplank, waar ik al een restje boenwas, wat niet meer in het potje paste, op uitgoot.
Eigenlijk is mijn snijplank van bamboe, maar dat verzorgt
 deze was - op basis van walnootolie -  ook prima.
Daarna vond ik opeens nog meer: mijn digitale keukenweegschaal, de houten eetstokjes, 
het houten slacouvert en zelfs de waxinelichtjeskist van hout. Alles wreef ik in.
Je ziet er een donkerder laagje opkomen en intrekken.
Ik ben tevreden...

Weer een klusje geklaard!!

woensdag 24 februari 2021

Natuurlijke, geurige aanmaakblokjes

Wat een heerlijk weekend hebben we achter de rug! 
Het lijkt wel lente en dat terwijl de week ervoor nog geschaatst werd. 
Wij hebben bijna het hele weekend buiten in de natuur doorgebracht, maar de winter is nog niet voorbij! 
Daarom staken we af en toe de buitenkachel aan.
Ook binnen zit je nog niet behaaglijk zonder kachel of open haard aan te steken.

Ik was die week daarvoor druk in de weer met bijenwas en als bij-product (what's in a name) maakte ik
 decoratieve en stijlvolle aanmaakblokjes van sparappels, die bij het aansteken bovendien heerlijk geuren.

Je hebt niet veel nodig voor een mooi eindresultaat!

Gebruik de sparappels om de haard, vuurkorf of buitenkachel aan te steken.
Er komt een heerlijke geur vrij...
En je verwarmende vuur gaat prachtig branden.


Natuurlijke aanmaakblokjes van sparappels

Benodigdheden:
  • sparappels (kurkdroog)
  • katoenen draad of lont
  • bijenwas (500 gram)

Hoe maak ik het:
Zorg dat je sparappels kurkdroog zijn. Dit weet je zeker als ze al een tijdje binnen liggen. Heb je vochtige sparappels, dan kunnen ze in het vuur ontploffen.
Neem de katoenen draad en knoop deze vast om het midden van de sparappel. Wikkel de draad een paar maal om het midden heen naar boven toe en laat zo'n 10 cm draad bovenaan uitsteken. 
Doe de bijenwas in een hoge kom of pan en verwarm deze au-bain-marie. Laat niet koken, met 70 graden smelt de was.
De bijenwas hoeft niet van zuivere kwaliteit te zijn.

Doop de sparappel in de hete bijenwas en houdt vast aan het touwtje.
Laat de sparappel uitlekken op een doek of vetvrij papier.
Is de eerste laag gedroogd, dan kun je nog twee keer dompelen zodat alle schubben 
bedekt zijn met een dun laagje bijenwas.
Er blijft veel bijenwas over, tenzij je super veel sparappel-aanmaakblokjes maakt. 
Deze bijenwas kun je na gebruik nogmaals zeven en er kaarsen van maken of blokjes van gieten om
 later te gebruiken wanneer je zalf, crème of balsem maakt.
Kijk voor nog veel meer ideeën hier.
Wanneer je me blijft volgen, zie je binnenkort nog een paar super leuke ideeën voorbij komen.

Het touwtje fungeert als lont en zal door het laagje bijenwas erom heen mooi rechtop blijven staan.
Klaar is nu je natuurlijke, heerlijk geurende aanmaakblokje.

Gebruik je nog wel eens die witte aanmaakblokjes voor de bbq? 
Niet doen! Deze bevatten giftige stoffen zoals kerosine. 
Niet alleen de damp die je inademt is giftig,  het zit ook aan je handen wanneer je ze vastpakt en 
wie weet welk gif je binnenkrijgt wanneer je je eten erop bereidt, 

De bruine aanmaakblokjes ziujn gemaakt van kokosvezel of naaldhout en zijn geurloos en niet giftig.
Maar deze sparappels kosten niets, zijn 100%  natuurlijk en geuren zacht naar bijenwas.
Die zachtzoete, karakteristieke bijenwasgeur.

Natuurlijk moest ik deze sparappel 'aanmaakblokjes' zelf uitproberen!
Ze maken namelijk andere aanmaakblokjes overbodig en zorgen voor een snel, goed brandend vuur.
Steek de sparappel aan via de draad (lont)...

leg er wat aanmaakhout bij. 
Via de sparappel zal het hout snel gaan branden en het ruikt heerlijk!


Ik lag op mijn buik voor het vuur, verwonderde en verwarmde me.....
Heb iets te veel foto's gemaakt, maar hiermee kun je even lekker meegenieten.

Vuur maken doe je uiteraard met schoon, onbehandeld hout.
Of leuker nog: sprokkel je eigen takken in het bos bij elkaar.
De kachel is door Peter zelf gemaakt, hier staat geen blog over....


Meer lezen over onze houtkachel in huis?  klik

Leuk dat je meelas en tot gauw!

vrijdag 19 februari 2021

Winterboost smoothie

Juist deze tijd kan je weerstand wel een boost gebruiken. 
Met deze heerlijke dieprode smoothie drink je jezelf gezond!
De warmrode kleur is te danken aan de bloedsinaasappels en de framboosjes.

Binnen 5 minuten klaar!



Winterboost smoothie

    voor 2 personen

Ingrediënten:
  • 6 - 8 bloedsinaasappels
  • 6 framboosjes
  • 2 bevroren bananen

Hoe maak ik het klaar:
Denk er even aan de avond van tevoren twee bananen in te vriezen.  Hoewel frambozen tot in december nog in mijn tuin groeiden, heb ik ze nu niet vers meer.  Maar ingevroren kwam ik ze wél tegen! Frambozen kun je makkelijk invriezen en als ze zijn stukgevroren: geen probleem, ze worden in deze smoothie toch fijngemaakt.
Je kunt natuurlijk ook een bakje diepvriesframbozen uit de winkel kopen.
Pers de sinaasappels uit tot je 500 ml sap hebt. Het sap van bloedsinaasappels is zoeter dan van gewone perssinaasappels en dan die kléur....
Giet het sap in een blender of hoge kom voor de staafmixer.
Voeg de bevroren framboosjes toe en mix kort.
Snijd de bevroren bananen in stukjes en mix goed door. Je smoothie wordt er niet alleen ijskoud, maar ook romig van.
Zijn de vijf minuten al voorbij?


Schenk in en drink je weerstand omhoog.
Dit was mijn goede voornemen voor vandaag.

Op je gezondheid!! 

donderdag 18 februari 2021

Bijenvolk verhuizen

 Verhuizen is nooit iets wat je 'zomaar' doet... dat kost planning, voorbereiding en tijd.
Hetzelfde geld voor het verhuizen van een bijenvolk.
Ik moest één van mijn bijenvolken gaan verhuizen, omdat de tuin waarin ze staan van eigenaar gaat wisselen. Mensen verhuizen, bijen verhuizen ook.
Bedankt, Anna Frieda dat mijn bijen een paar jaar gezellig bij jou in de achtertuin mochten staan!

De beste tijd om te verhuizen voor een bijenvolk is nu.... in de winter! 
De bijen zitten allemaal binnen in de kast in winterrust. Pas wanneer de temperatuur hoog genoeg is -  zo'n 12 graden in het zonnetje - komen ze voor het eerst naar buiten voor de reinigingsvlucht. Bij deze reinigingsvlucht gaan ze zich (opnieuw) oriënteren op de omgeving. Waar staat de bijenkast, wat zijn opvallende eigenschappen, voorwerpen of kleuren vlakbij de kast en waar staat de kast ten opzichte van de zon.
De periode van winterrust duurt zo'n drie tot vijf maanden en is afhankelijk van de buitentemperatuur.
Het geheugen van (zomer)bijen wordt na zo'n drie dagen gereset... in de winter kan het geheugen er maanden over doen om te resetten.

De winter: de uitgelezen tijd om te verhuizen dus.
Kijk maar mee hoe ik mijn bijenvolk verhuisde en welke (veiligheids)maatregelen ik trof.
Dit is het vóór-plaatje van de twee bijenkasten op mijn (moes)tuin.
Op deze stellage hebben ook wel eens drie kasten gestaan, dus dat past.

Hier staat het volk in de achtertuin van Anna Frieda.

In de zomer zag het plaatje er hier zó uit!
Ik tijdens een controle achter de bijenkast.

Uiterst belangrijk is dat het hele volk meeverhuisd. Aan een paar verdwaalde en daardoor stekelige bijen heeft niemand behoefte. Door de stress zouden enkele bijen nieuwsgierig kunnen worden en op de vliegplank kunnen komen kijken. En dat heb ik liever niet.
Dus voor de vliegopeningen schuif ik een op maat gemaakte afdichtlat.
Er kan geen bij meer in of uit.
De vliegplank kan scharnieren en klap ik omhoog.


Tijdens het vervoer zet ik deze vast met een spanband.
Het vervoer kan op de fiets (zoals ik ooit mijn eerste bijenzwerm meenam in de bakfiets),
met de auto (je wilt echt niet een paar zoemende bijen om je hoofd horen, wanneer je net op een drukke weg rijdt) of lopend, als het dichtbij is.
Ik kies voor de laatste optie en heb daarvoor een speciale kruiwagen zonder bak.
De nalatenschap van een oude imker, er past precies één bijenkast op.
Door de speciale rand aan de achterzijde kan de kast er niet afschuiven.
Jongste zoon hielp mee en had de (blauwe) spanband die over het deksel loopt, ook onder aan de kruiwagen vastgebonden. Zo blijft de kast zeker staan, ook al rijden we over een hobbel.
Zó verhuisde ik mijn bijenvolk deze week.


Het is lang niet altijd mogelijk om bijen in de winter te verhuizen.
En wat te denken van rondreizende imkers die hun volken inzetten voor de bestuiving van bijvoorbeeld een appelboomgaard, de heide of een koolzaadveld.

Natuurlijk kun je ook dan 'verhuizen' al moet je altijd bedenken dat dit voor de bijen stress oplevert.
Waar je op moet letten zijn de volgende belangrijke punten:
  1. iedereen aanwezig
  2. tijd
  3. afstand
  4. rust
Iedereen aanwezig
Natuurlijk is het allereerst belangrijk dat je het héle volk verhuisd en niet maar een deel van het volk. Bijen die achterblijven worden geïrriteerd en geprikkeld en dat laatste mag je best letterlijk nemen.
Bijen missen de beschutting van hun volk en de geruststellende aanwezigheid van hun koningin. Honingbijen kunnen niet in hun eentje overleven.
Uiteraard is het het allerbelangrijkst dat de koningin meeverhuisd. Als het goed is, zit zij altijd binnen in de kast en binnen in het volk. Zo niet, dan is het volk ontheemd en blijven ze niet bij elkaar.

Tijd
Het tijdstip van verhuizen of verplaatsen is daarom erg belangrijk. Dóe dit alleen als alle bijen binnen zijn. En dat is 's nachts, wanneer het donker is en koud wordt.
Anderhalf jaar terug heb ik twee bijenvolken weggedaan, midden in de zomer en dat werd letterlijk nachtwerk. Het kan ook op een regenachtige dag als de bijen niet uitvliegen.
Maar wees altijd bedacht op nieuwsgierige bijen of waakbijen die niet alleen nieuwsgierig zijn, maar ook boos kunnen worden.

Afstand
De afstand is ook erg belangrijk. Zorg dat de bijen minstens drie kilometer van hun vorige standplaats verhuizen. Bijen kunnen op warme zonnige dagen drie kilometer ver vliegen en als ze op hun geheugen en intuïtie afgaan vliegen ze gewoon weer terug. Maar vervolgens hebben ze niet hun nieuwe standplaats in hun geheugen gegrift.... dús dan zijn ze verdwaald en verdwaalde bijen kunnen ook erg geïrriteerd gaan doen....

Rust
Daarvoor is het vierde punt erg belangrijk: neem rust. Wanneer de bijen verhuisd zijn en op hun nieuwe standplaats staan, laat je de kast nog drie dagen dicht. Dit is - zoals je misschien wel kan begrijpen - lastiger op hele warme dagen wanneer de geuren van alles wat bloeit en voedsel geeft, de kast binnendringt en bijen misschien dorst gaan krijgen.
Maar drie dagen houden ze wel vol.
Wanneer ze weer mogen vliegen ontsluit je de vliegopening. Zorg dat er een opvallend en kleurrijk voorwerp zoals bijvoorbeeld een oranje lint of een rood vlaggetje vlakbij de ingang van de bijenkast te zien is. Dit zien de bijen, ze gaan bewuster vliegen: niet te ver weg en ze blijven zich oriënteren. En zorg dat er naast voldoende voedsel ook voldoende water in de buurt is of zet anders een bijenkroeg klaar.
Een paar jaar terug verhuisde ik een bijenvolk van mijn eigen tuin naar de moestuin, wat hemelsbreed zo'n 30 meter is. Hoewel ik de aangegeven rusttijd voor ze nam, kwamen er toch zo'n 40 tot 50 bijen ontheemd terug. En dat zijn er best veel wanneer je net de buitenboel wilt schilderen.
Ik was vergeten een kleurrijk oriëntatiepunt voor ze te maken. Of ik had ze in twee stappen moeten verhuizen. Eerst verder dan drie kilometer weg en vervolgens weer dichterbij.....
Tja.... er is nooit gezegd dat imker zijn niet veel planning en (voorbereidings)werk kost!


Mijn bijenvolk nummer 5 - mensen die me kennen zijn verbaasd dat ik ze nog geen naam heb gegeven, maar néé, ze hebben gewoon een kastnummer - is vandaag verhuisd naar de andere twee volken. Ze staan aan de rand van mijn moestuin en hebben straks meer dan voldoende voedsel en ik heb straks meer dan voldoende bestuivers voor al mijn plantjes, bomen en bloemen in de tuin.

Wil je ooit een bijenvolk kopen?
Probeer dit het liefst in de winter en zo niet...  let dan bij de verhuizing van het bijenvolk op bovenstaande punten.


Meer lezen
Lees meer over bijen-het-jaar-rond op mijn speciale pagina (klik)
Hier vind je ook mijn beginnende imkeravonturen.
En heel veel ideeën en recepten met honing en bijenwas.
En vooral over bijenwas komt er de komende maand nog heel veel nieuws....
So stay tune...



zaterdag 13 februari 2021

Valentijns surprisecake

En dan... aan het eind van een prachtige, witte, koude winterweek is het weer Valentijn!
De dag van de liefde en de dag om je geliefde te verrassen!
Met dit idee gaat het verrassen zéker lukken!!
Dit is zó leuk.... je gelooft je ogen niet wanneer je deze - naar je denkt eenvoudige- cake aansnijdt.
Want wanneer je dat doet,  verschijnt er zomaar in elk plakje cake een liefdesbetoon 
in de vorm van een rood hartje!
Houd voor het maken van deze verrassing rekening met de tijd,
je kan beter een dag van tevoren beginnen.
Het geheim is namelijk dat je....
Oh.... lees gauw verder.


Valentijnssurprisecake



Ingrediënten:
         red velvet cake (eerste cake)
  • 150 g roomboter
  • 150 g rietsuiker
  • 2 tl vanillesuiker
  • 3 eieren
  • 150 g bloem (of gebuild tarwemeel)
  • 2 g zout
  • 3 el rode kleurstof (maak eens zelf)
      verder nodig:
  • cakeblik van 1 liter
  • koekjesvorm hartje

      witte chocoladecake (tweede cake)
  • 150 g roomboter
  • 130 g rietsuiker
  • 3 eieren
  • 1 el vanille extract
  • 140 g bloem
  • 15 g bakpoeder
  • 3 g zout
  • 2 el (soja)melk
  • 100 g witte chocolade in stukjes
       verder nodig:
  • de rode hartjes uit de eerste cake
  • cakeblik van 1,5 liter
     voor het glazuur en de decoratie
  • 100 g poedersuiker
  • 2 el sojamelk
  • zilveren decoratiepareltjes
  • hartjessnoepjes

Hoe maak ik het klaar:
Verwarm de oven voor op 170 graden Celsius.
Begin met de redvelvet cake.
Mix de boter met de suiker en vanillesuiker samen tot een smeuiige massa.
Voeg één voor één de eieren toe en mix heel goed voordat je het volgende ei toevoegt.
Als de eieren zijn opgenomen, mix je nog 5 minuten door.
Meng het bakpoeder en zout door de bloem. Voeg een paar lepels van dit meelmengsel toe en mix op een lage stand.
Voeg dan een eetlepel vloeibare rode kleurstof toe.
Je kunt ook voor natuurlijke rode kleurstof kiezen, die ik zowel in poedervorm (klik) als in vloeibare vorm (klik) zélf heb gemaakt. In deze cake is de vloeibare kleurstof  beter te mengen. Ik mengde er ook wat (zwarte) bessensap doorheen. Kijk zelf wanneer je de kleur op 'n best vindt en meng gerust door elkaar.
Voeg weer wat meel toe en dan het restant van de rode kleurstof.
Voeg de rest van het meel toe, schep nog even goed door en stort het beslag in de ingevette, met bakpapier beklede bakvorm.
Zet de cake in het midden van de voorverwarmde oven en bak in 70 tot 80 minuten goudbruin.
Leg er het laatste half uur een vet papier -bijvoorbeeld de verpakking van de roomboter - op, 
zodat de bovenkant niet te hoog rijst en scheurt.
Prik erin om te kijken of de binnenkant gaar is. Als de prikker er droog en schoon uitkomt, 
is de cake gaar. Laat afkoelen in  de oven met de deur open, zodat de cake niet instort.
Wanneer de cake is afgekoeld, snijd je ze in dunne plakken.
Neem de koekjessteker in de vorm van een hartje en druk uit elk cakeplakje een hartje.
Bewaar de hartjes voor de volgende cake....

Bak nu de tweede, witte chocoladecake.
Verwarm de oven weer voor op 170 graden Celsius.
Mix de boter met de suiker tot een smeuïge massa. Voeg daarna de lepel vanille extract toe.
Voeg één voor één de eieren toe en mix heel goed voordat je het volgende ei toevoegt.
Als de eieren zijn opgenomen, mix je nog 5 minuten door.
Meng het bakpoeder en zout door de bloem. Voeg een paar lepels van dit meelmengsel toe 
en mix op een lage stand. Voeg de melk toe en vervolgens de rest van het meelmengsel.
Roer er op het laatst de stukjes (druppels) witte chocolade door. Niet meer mixen.
Vet een (groter) cakeblik in en bekleed met bakpapier. Schep een paar lepels 
van het cakebeslag in de vorm en.... nu komt het

druk de rode hartjes rechtopstaand in het cakebeslag.
Netjes naast elkaar, zodat wanneer je straks de cake aansnijdt, in elk plakje een hartje te zien is.
Verdeel daarna de rest van het beslag naast en over de hartjes heen.
Tot er niks meer van deze verrassing te zien is....
Schuif de surprisecake in de voorverwarmde oven en bak weer in 70 minuten
gaar en goudbruin. 
Je hoeft er deze keer geen prikker in te steken, want dan steek je in de hartjes.
Laat de cake afkoelen in de oven.
En aan de buitenkant lijkt het gewoon een simpele, bijna saaie cake.
Wanneer je goed kijkt zie je net nog wat stukjes witte chocolade zitten,
maar dat is het dan...

Als 'camouflage' maak je daarom een mooie glazuurlaag.
Doe de poedersuiker in een schaaltje en meng met de melk.
Is het te dun, voeg wat suiker toe, is het te dik, voeg dan wat extra melk toe.

Verdeel de glazuurlaag over de cake heen, zodat het eraf druipt.

Strooi hierover de zilveren pareltjes.
Kies een decoratie naar smaak, hartjes zijn ook erg toepasselijk.
Ik legde rondom de cake hartjessnoepjes van glucose....
En klaar!!
Tenminste.... dat zou je denken.

Jongste dochter snapte alleen niet waar die rode cakehartjes gebleven waren,
die ze gisteren op de aanrecht had zien liggen.
Dat was toch voor de decoratie? Had iemand die stiekem opgegeten?
Maar het is geen gewone cake!
De echte 'surprise' zit hem natuurlijk aan de binnenkant.
Zo gauw je de cake aansnijdt wordt deze zichtbaar!
Yes! De hartjes komen in elk plakje cake tevoorschijn!
Deze redvelvet cakehartjes zijn gewoon twee keer gebakken!
Tip: snijd de cake pas aan, als het glazuur hard geworden is....

De grootste verrassing is de smaak:
Deze cake ziet er niet alleen als een plaatje uit, ze smaakt overheerlijk!
Ik ben helemaal tevreden!
En de liefde van mijn leven, die ik deze maand 25 jaar geleden voor het eerst ontmoette, 
vindt het niets erg dat ik hem een dag te vroeg verras met deze mooie Valentijnssurprisecake!


Variaties:
  • voor een friszure cake roer je  rood diepvriesfruit - in kleine stukjes gesneden - door het cakebeslag van de tweede cake heen (of vruchtjes uit de rumtopf of uit een andere spannende fles)
  • voeg rode kleurstof aan het glazuur toe 
  • laat het glazuur weg en maak een (witte) chocoladesaus die je over de cake laat drippen.....


woensdag 10 februari 2021

Broodpudding van mueslibrood

Hoewel de naam anders doet vermoeden is een punt van deze broodpudding ook heerlijk bij de thee of  koffie.
En hóe leuk, het hoofdbestanddeel is oud brood. Je voegt maar een paar ingrediënten toe: even weken, bakken en klaar!
Natuurlijk gooi je oud brood niet weg! 
En in deze broodpudding past letterlijk elke leftover van brood.
Of het nu een stuk croissant, een kapje volkorenbrood of een paar boterhammen is,
verwerk het in deze broodpudding!


Ik maakte vandaag een broodpudding met mueslibrood.
Er liggen nog zo'n vijf(!) mueslibroden - een keer gekregen - in mijn bovenste diepvrieslade. 
Bij sommige broden is de zak gescheurd, waardoor het brood uitgedroogd is. 
Deze ga ik gebruiken voor mijn broodpudding.
Onder dit recept staan allerlei variaties, waardoor je - met of zonder mueslibrood- alle kanten op kan.



Broodpudding van mueslibrood


Ingrediënten:
  • 400 g oud mueslibrood
  • 5 dl sojamelk
  • 200 g rietsuiker 
  • 3 eieren
  • 1 vanillestokje
  • 1 el (wijnsteen) bakpoeder
  • wat boter

Hoe maak ik het klaar:
Neem het oude brood en snijd het in gelijke stukken. Doe de sojamelk in een pannetje, samen met de suiker en verwarm. Roer goed zodat de suiker oplost in de melk. Het hoeft niet te koken.
Giet de zoete melk over de broodblokjes. Doordat de melk warm is, neemt het brood het beter op. 
Laat  ongeveer een half uur weken.
Verwarm de oven voor op 200° Celsius
Vet een springvorm van 22 cm in met wat boter en bekleed de bodem met een stuk bakpapier.
Mix het broodmengsel met de staafmixer zo fijn of grof als je zelf wilt. 
Ik zorgde ervoor dat er wat stukjes in blijven, de noten en rozijnen mogen heel blijven.
Snijd het vanillestokje open en schraap het merg eruit boven het broodmengsel. 
Gooi het vanillestokje  niet weg, maar maak er vanillesuiker (klik) of vanille-extract van.(klik)
Kluts de eieren in een aparte kom goed door elkaar. Voeg de eieren toe  aan het broodmengsel
en roer tot slot het bakpoeder erdoor.
Schep het mengsel in de ingevette springvorm en schuif deze in de voorverwarmde oven.
Bak de broodpudding in 45 minuten gaar.
De bovenkant moet knapperig aanvoelen, de binnenkant mag nog wat zacht zijn.
Bij het afkoelen wordt de pudding vanzelf wat steviger.


Serveersuggesties:
  • Snijd in punten, lekker bij een kopje thee of koffie, met of zonder slagroom
  • Snijd in punten en serveer met een bolletje vanille-ijs en een toefje slagroom als dessert
  • Snijd plakken en stapel op: één plakje broodpudding, bolletje kaneelijs, plakje broodpudding
  • Geef er vers gemaakte appelmoes bij, warm nog even op en serveer als ontbijtgerecht èn voor een meer zomerse variatie: serveer met vers tuinfruit zoals frambozen, bessen etc.


Variaties:
  • Neem gewoon restjes (volkoren) brood, week 100 g rozijnen een half uurtje in rum, Cointreau of water en voeg toe samen met een appel in stukjes en 50 g amandelspijs.
  • Snijd één of twee appels in stukjes en roer ze door het mengsel, samen met een theelepel kaneel
  • Hak pure chocolade in stukjes en roer deze door de broodpudding
  • Versier de broodpudding'taart' met een laag glazuur van eiwit en poedersuiker


Met alleen wat poedersuiker erover kan ik mooi mijn volgende baksel aankondigen.
Dit jaar ga ik iets speciaals bakken voor Valentijnsdag.
Dus blijf kijken en meelezen deze week.... 

maandag 8 februari 2021

Vogeltulband

Hoewel het vogeltelweekend officieel geweest is, telde ik vanmorgen nog graag even door.
Twee pimpelmezen, twee koolmeesjes, ons eigen roodborstje, een winterkoninkje, een merelvrouwtje,
en later op de ochtend een merelmannetje.....
Ze vertelden het vast aan elkaar door, dáár in die tuin is lekker eten te vinden voor ons, tjilp....
En jawel, later in de middag kwam er ook een houtduif en een ekster op bezoek.
Ik had niet alleen zelfgemaakte mezenbollen her en der hangen, 
 op tafel stond ook een grote vogeltulband te prijken.
En ondergesneeuwd of niet, dáár kwamen de vogels maar wat graag op af.
Heerlijk voor de wat minder acrobatische vogeltjes die ook wel wat extra's kunnen gebruiken 
nu hun gebruikelijke eten onder een dikke laag sneeuw verstopt zit....
Wat heb je nodig om tuinvogels maximaal te verwennen?


Vogeltulband

Wat heb je nodig:
  • 1 kilo strooivoer voor tuinvogels
  • 1 kilo vast frituurvet of kokosolie
  • handje rozijnen
  • 1 appel 
  • siliconen tulbandbakvorm
  • doppinda's 
  • broodkorstje van één of twee dagen oud
  • kaaskorstjes zonder plastic


Hoe maak ik het:
Smelt het vet in een grote pan op middelhoog vuur.
Snijd de appel - het mag best een appel met een  bruin plekje zijn - in kleine stukjes.
Voeg al het vogelzaad, de rozijn en de in stukjes gesneden appel aan het warme vet toe en roer goed door.
Giet het nog hete mengsel in de siliconen bakvorm: voorzichtig, die kun je niet meer optillen.
Zet de vorm (op een snijplank ofzo) in de koelkast en laat een paar uur afkoelen tot het vet gestold is.
Draai de tulband om op een bord. Schik er wat doppinda's langs, leg er eventueel nog wat rozijntjes op.
Maak kleine stukjes van het broodkorstje en van de kaaskorstjes en strooi deze over de tulband.
En dan.... zet buiten en geniet van het uitzicht.
Wat een super leuk resultaat!
Echt een feest voor het oog en voor hongerige vogelmaagjes....

Als de vogels het eenmaal gevonden hebben, komen er steeds meer op bezoek.
En dát is de bedoeling!
Taart hoort bij een feestje, laat het één groot tuinvogelfeest worden.